maandag 10 september 2018

Laatste fase...

Nazomer, herfst? Zon schijnt, regen valt, wind waait, mooie wolkenluchten... en voor je het weet, zitten we intussen bijna op de helft van de maand september. Ik vind het wel eigenlijk wel prima. Ik houd ervan. Buiten de, bij tijd en wijlen met bakken uit de hemel vallende regen, maar ja, daarin ben ik denk ik niet de enige. Aan de andere kant, het hoort erbij. En, eerlijk is eerlijk, we (de flora en fauna) hadden het dan ook wel even nodig, nietwaar. Weer een nieuwe fase. 

De laatste fase, wel te verstaan. Van dit jaar dan, 2018, met nog 'maar' 113 dagen te gaan... Als je het snel zegt, lijkt het net niks. Nog heel even en dan zitten we weer in de maand van terugkijken, lijstjes maken. Wat ging er goed, wat kan er beter? En hoe gaan we het volgend jaar doen? Wat een keuzes hè? Misschien word je er moe van of levert het nadenken erover zelfs wel onrust op. Maar gelukkig, we mogen en kunnen al deze keuzes geheel zelf en alleen maken.

De laatste fase. Niet alleen van dit jaar overigens. Ook op het werk zitten we in een dergelijke fase; een doorontwikkeling, in gewone-mensen-taal ook wel 'reorganisatie', nadert haar einde. Nog wat bekende puntjes op de vertrouwde I en we kunnen weer door. Wat nog niet klopt of is ingevuld, wordt ook vast en zeker opgelost. En zo niet? Ach ja, dan is het aan ons, aan mij, hoe daar mee om te gaan. Laat ik me leiden door de onrust, de inmiddels ingesleten moeheid? Of zet ik nog een keer mijn schouders eronder en ga ik er voor? Ik haal vast en zeker weer ergens nieuwe energie vandaan om te doen wat ik wil doen, waar ik goed in ben; het verschil maken, zorgvuldig, belangen behartigen, van mensen. Meer dan genoeg dus om uit te kiezen, en die keuze is aan mij, en ik mag en kan hem zelf maken.

Onrust en vermoeidheid, eveneens vaak in andere laatste fases te zien. Kijk ik naar mijn vriendin, breekt mijn hart iedere keer een stukje meer; de zgn. late fase van alzheimer, de laatste van haar jonge leven. Nog steeds die onrust, zo diep, lijkt met geen medicijn te stuiten. Ja, soms, heel even. Slaapt ze een tijdje, zittend in de stoel. Is ze ontspannen en lak ik haar nagels met de nieuwste, kekke kleur blauw of het mooiste herfstrood. Masseer ik voorzichtig haar inmiddels mager geworden handen en armen met de oude, vertrouwde Nivea-geur of de nieuwste Rituals, zachtjes alle blauwe plekken ontwijkend.
Ze oogt vermoeid. Beaamt dat ook, als ik het haar vraag. Moe van de interne strijd die ze iedere dag nog levert wellicht. Ook zij wil gezien en gehoord worden. Wil bewegen, lopen, voelen dat ze leeft? Terwijl wij misschien wel vinden dat ze dat beter niet meer moet doen, dat lopen, omdat het eigenlijk niet meer gaat. 'Valgevaarlijk', zogezegd. De realiteit ook, dat we misschien wel moeten toegeven dat we haar - met alle lieve en liefdevolle zorg en kennis om haar heen en de beste bedoelingen en hulpmiddelen- hier niet voor kunnen behoeden. Ook niet in deze fase, waarin zij zelf de keuzes niet meer maakt...